Waarom ontbreken talen in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen?

Waarom ontbreken talen in de Duurzame Ontwikkelingsdoelen?Reading (UK), 15 September 2017, gastblog door Wine Tesseur - De Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDGs) streven ernaar de meest kwetsbare bevolkingsgroepen voorop te stellen en niemand achter te laten. Dat wil zeggen dat er gecommuniceerd moet worden in een brede waaier van talen, maar de nood aan meertaligheid wordt niet aangekaart in de SDGs.

Voorstanders van de SDGs stellen zich voor dat het realiseren van de Doelen voort zal komen uit gesprekken met kwetsbare bevolkingsgroepen, maar het blijft onduidelijk hoe deze duurzame, democratische tweerichtingscommunicatie tot stand zal komen.

Het feit dat talen nergens worden vermeld in de SDGs was het onderwerp van een Symposium van de Verenigde Naties over 'Taal, de Duurzame Ontwikkelingsdoelen en kwetsbare bevolkingsgroepen', dat plaatsvond in New York op 11 en 12 mei 2017. Het was het tweede evenement dat georganiseerd werd door de Studiegroep over Taal en de Verenigde Naties, een onafhankelijke groep van wetenschappers, beleidsmakers en ontwikkelingswerkers.

Als onderzoekster binnen het project 'The Listening Zones of NGOs: Talen en culturele kennis in ontwikkelingsprogramma's', dat uitgevoerd wordt door INTRAC (International NGO Training and Research Centre), de Universiteit van Reading en de Universiteit van Portsmouth, nam ik deel aan het Symposium en stelde een paper voor over de rol van talen in het ontwikkelingswerk van internationale, Britse NGOs.

Ik was benieuwd naar het werk van andere onderzoekers, ontwikkelingswerkers en beleidsmakers over de rol van talen in ontwikkelingswerk.

In deze blogpost deel ik een aantal ideeën en inzichten over de discussies en debatten die plaatsvonden tijdens deze twee stimulerende dagen.

De rol van talen in het uitvoeren van de SDGs

Michael Ten-Pow, Permanent Vertegenwoordiger van Guyana bij de Verenigde Naties, wees er in het openingsdebat op dat de SDGs mechanismen bevatten die er specifiek op gericht zijn om kwetsbare groepen te bereiken bij het uitvoeren van de SDGs. Bijvoorbeeld, SDG 2 'Geen Honger' garandeert toegang 'tot veilig, voedzaam en voldoende voedsel en dit het hele jaar lang'. SDG 4, 'Kwaliteitsonderwijs', streeft naar het 'wegwerken van genderongelijkheden in het onderwijs en zorgen voor gelijke toegang tot alle niveaus van het onderwijs'. Maar mechanismen die rekening houden met de taalbehoeften van kwetsbare bevolkingsgroepen zijn er niet.

Bovendien stelde Ten-Pow dat de verlening van taaldiensten bij de VN vaak als vanzelfsprekend wordt beschouwd, en dat er een impliciete veronderstelling bestaat dat beleid en richtlijnen automatisch andere niveaus van de hele keten van ontwikkelingshulp zullen bereiken.

Cristina Diez, VN-vertegenwoordiger van de Internationale Beweging ATD Vierde Wereld, wees erop dat 99% van de onderhandelingen over de SDGs plaatsvonden in het Engels, en dat 100% van de resultaten van de onderhandelingen geschreven werden in het Engels. Wij hebben al miljarden mensen uitgesloten, stelde ze, en toch is deze agenda voor die mensen die niet de kans hebben gekregen om hun stem te laten horen. Bij het uitvoeren van de SDGs is het daarom van kritiek belang dat we nadenken over processen die inclusief zijn en die deze kwetsbare groepen bereiken.


Vormt indirecte taal een barrière?

De grote meerderheid van de presentaties en discussies op het symposium was gericht op onderwijs. Veel sprekers verbonden hun presentatie expliciet met SDG 4 en bespraken voorbeelden van projecten over geletterdheid en onderwijs in de moedertaal voor vluchtelingen, migranten en andere taalminderheidsgroepen.

Maar één van de best ontvangen papers, en één die deelnemers ongetwijfeld lang zal bijblijven, was die van Cornelius Wambi Gulere, voorgelezen door een collega, over 'Culturen die vandaag de dag indirecte taal gebruiken lopen het risico verkeerd begrepen te worden'.

Zelf is Wambi Gulere een leraar en ontwikkelingswerker uit Oeganda. In zijn paper beschreef hij een paar kenmerken van de Lusoga taal, zoals het spreken in raadsels en spreekwoorden.

Zijn argument was dat sprekers van indirecte talen vaak kansen missen omdat ze regelmatig verkeerd begrepen worden door hun ontwikkelingspartners, en dat als de SDGs echt moeten voortkomen uit dialoog, er meer aandacht moet worden besteed aan deze specifieke taalkenmerken.


Hoe kan de Studiegroep goede praktijken promoten en de VN beïnvloeden?

Ik beschouw het Symposium zeker als een succes, omdat het erin slaagde een sterker netwerk te vormen van academici en beleids- en ontwikkelingswerkers die projectresultaten en ideeën over deze kwesties met elkaar delen. Maar er is nog een lange weg te gaan om VN-beleid en -praktijk effectief te beïnvloeden. Ook bij de organisatie van het Symposium is er nog werk aan de winkel om het toegankelijker te maken voor deelnemers uit meer kwetsbare groepen.


Ten eerste, als de Studiegroep en haar Symposium moeten worden beschouwd als pleitbezorgers voor meertaligheid, dan moet meer aandacht worden besteed aan de talen die gebruikt worden in deze initiatieven.

De conclusie in het verslag van het symposium vorig jaar verklaarde dat het ontbreken van elk debat over taal in de SDGs is te wijten aan een breder, algemeen falen: het negeren van taalkundige verscheidenheid en de gevolgen ervan. Deze situatie zou verder verslechterd zijn door de opkomst van het Engels als lingua franca, die communicatie tussen elites heeft vergemakkelijkt.

Misschien is het dan noodzakelijk voor de Studiegroep om haar eigen standpunt hierover duidelijker te maken.

Het Symposium werd georganiseerd in het Engels, en de website van de Studiegroep is alleen beschikbaar in het Engels. De grote meerderheid van de aanwezigen behoorde tot elitegroepen (westerse academici en NGO-personeel), des te meer door de strengere toelatingsvoorwaarden van de VS, waardoor sommige sprekers de conferentie niet konden bijwonen.

Als er meer aandacht wordt besteed aan manieren om het Symposium en de Studiegroep meer cultureel divers en meertalig te maken, zou hun boodschap aan de VN vergezeld worden van een schitterend praktijkvoorbeeld. Dit zou ook meer geloofwaardigheid en gezag aangeven, en zo zouden deze initiatieven meer kans hebben om het beleid van de VN te beïnvloeden.


Ten tweede is het noodzakelijk om meer zichtbaarheid te geven aan de grote hoeveelheid taalonderhandelingen die al plaatsvinden, bij de VN, in lokale initiatieven, en ook in het werk van internationale NGO's. Dat is een van onze vaststellingen in het 'Listening Zones of NGOs' project, en die ik ook besprak in mijn paper.

Specifiek voor de SDGs is een initiatief zoals dat van Ntiokam Divine om de SDGs te vertalen in Afrikaanse talen zeker de moeite waard om in de kijker te zetten. Tot nu toe is Divine erin geslaagd de SDGs te vertalen in 32 lokale talen van zijn thuisland Kameroen, en in lokale talen van Ethiopië, de Democratische Republiek Congo en Nigeria. Het lijkt vreemd dat het initiatief, waarvan tenminste een paar VN-vertegenwoordigers op de hoogte zijn, niet werd vermeld tijdens het tweedaagse symposium.


Samengevat: deelnemen aan dit symposium was een unieke en verrijkende ervaring. Als taalkundige ben ik blij om te zien dat kwesties als taaldiversiteit en communicatie meer aandacht krijgen.

Een belangrijke boodschap die ik van deze conferentie mee naar huis neem is dat het essentieel is dat we blijven discussiëren en onderhandelen over de betekenis van de SDGs en duurzame ontwikkeling. Een belangrijke bijdrage, die ons 'Listening Zones' project naar mijn mening zou kunnen leveren, is een aantal case-studies die aantonen hoe taalonderhandelingen bijgedragen aan de verschillende stadia van ontwikkelingsprojecten en de behaalde resultaten. We moeten opletten dat we taal en meertaligheid niet veranderen in een aanvinkhokje, in een probleem dat makkelijk op te lossen valt. Blijven discussiëren over wat de SDGs betekenen voor verschillende partijen zal ons helpen meer bewust te worden van de belangrijke en complexe rol van taal in het creëren van duurzame ontwikkeling, en ook om de goede praktijken die al bestaan te vieren.


Wine Tesseur werkt als postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit van Reading. Haar voornaamste onderzoeksinteresses zijn taal- en vertaalbeleid in NGO's. Stuur uw vragen, opmerkingen en feedback naarw.tesseur@reading.ac.uk. 


Deze gastblog werd oorspronkelijk gepost op de website van INTRAC: https://www.intrac.org/languages-Missing-Sustainable-Development-Goals/

 

Bezoek http://www.languageandtheun.org/events.html voor meer informatie over het VN-Symposium 'Taal, de Duurzame Ontwikkelingsdoelen en kwetsbare bevolkingsgroepen'.

Voor meer informatie over het onderzoeksproject 'The Listening Zones of NGOs: Talen en culturele kennis in ontwikkelingsprogramma's', surf naar: http://www.reading.ac.uk/modern-languages-and-european-studies/Research/mles-listening-zones-of-ngos.aspx

Bezoek https://sites.google.com/site/languageandtheun/events/2016-symposium-conclusions voor meer informatie over het Symposium van 2016 over taal en de SDGs.

Voor meer informatie over Ntiokam Divine's vertaalinitiatief, surf naar http://www.un.org/africarenewal/magazine/special-edition-youth-2017/development-goals-local-languages

Bekijk Wine Tesseur's paper 'Luisteren in welke taal?' De rol van talen in internationale NGO's 'ontwikkelingsprogramma's ' (Engels): https://www.facebook.com/michel.degraff/videos/10155341589223872/

Bekijk Cornelius Wambi Gulere' paper over 'Culturen die vandaag de dag indirecte taal gebruiken lopen het risico verkeerd begrepen te worden' (Engels): https://www.facebook.com/michel.degraff/videos/10155341991178872/

 


Powered by CrossLang

Auteur: Wine Tesseur

Machinevertaling: SDL Machine Translation (previously SDL BeGlobal)

Post-editing: INTRAC

Brontaal: English (en)


Aanvullende gegevens